Checklist: Inbraak

1. Bel de politie

Wanneer je een inbraak in je woning of je zaak meemaakt, bel je eerst en vooral de politie. Terwijl je daarop wacht, verplaats je niets. Als je nog niet binnengegaan bent, blijf je zelfs best buiten. Bel eerst de politie en laat haar haar werk doen. Ben je thuis terwijl het gebeurt? Blijf dan kalm en doe wat de inbrekers van je vragen, probeer geen strijd met ze aan te gaan en probeer in het oog te houden langs waar ze vluchten.

2. Neem foto’s

Neem foto’s van de deuren, ramen, keldergaten,.. waarlangs de dieven de woning zijn binnengedrongen en van eventuele andere schade die ze hebben aangericht. Vooral sporen van braak zijn belangrijk.

3. Vermijd erger

Wanneer deuren of ramen sporen van braak vertonen, sluiten ze wellicht niet meer zoals het hoort. Je woning is op dit moment erg kwetsbaar. Zorg voor extra veiligheidsmaatregelen om te vermijden dat nieuwe (of dezelfde) dieven hun slag slaan. Als er kredietkaarten of bankkaarten gestolen zijn, bel je naar cardstop om ze te laten blokkeren (+32(0)70/344.344).

4. Doe aangifte bij je (brand)verzekeraar

Eens het hoogstnodige gedaan, is het belangrijk dat je jouw verzekeraar belt om de diefstal te melden. Bezorg hem of haar een kopie van het proces-verbaal dat de politie heeft opgesteld naar aanleiding van de inbraak. Sommige verzekeraars voorzien ook de mogelijkheid om online aangifte te doen.

Lees gerust onze brochure over de brandverzekering eens.

5. Wat dekt de brandverzekering?

Schade aan het gebouw (deuren, ramen …) wordt bij een diefstal of poging tot diefstal standaard door de brandpolis gedekt. De dekking van de inboedel tegen diefstal is vaak optioneel. Heb je deze optie niet genomen, dan krijg je je gestolen voorwerpen niet vergoed!

6. Stel een lijst van gestolen voorwerpen op

Maak een lijst van de gestolen spullen. Voeg eventuele foto’s toe, geef een beschrijving en vermeld de ouderdom of het jaar waarin je de spullen gekocht of gekregen hebt, geef een schatting van de waarde en bezorg eventueel de facturen. Geef deze documenten aan de politie en aan je verzekeraar. Serienummers van elektronica kunnen nuttig zijn voor de politie wanneer die partijen gestolen voorwerpen terugvindt.

7. Praat erover

Een inbraak kan een traumatische ervaring zijn. Via de politie kun je de hulp van een professionele hulpverlener inroepen om deze gebeurtenis te verwerken. Praat erover met familie, buren of andere mensen die je kunnen steunen.

8. Laat het je niet nog eens overkomen

Denk aan preventie. In de eerste plaats is het een kwestie van verstandig omgaan met cash geld, sleutels, Facebookstatussen, brievenbussen, openstaande ramen … Wil je verder gaan, investeer dan in ramen en deuren met meerpuntssloten en andere mechanische veiligheidsmaatregelen, zoals een kluisje. Wie zich nog extra wil beveiligen, kan een elektronisch alarmsysteem plaatsen, wat verzekeraars soms eisen naargelang het risico. Gemiddeld geven inbrekers het op als ze na drie minuten nog niet zijn binnengeraakt.

9. Wees voorbereid als het toch gebeurt

Ondanks alle geleverde inspanningen op het gebied van preventie, kan het toch gebeuren dat je nog eens te maken krijgt met een inbraak. Hoe dan ook doe je er goed aan om waardevolle voorwerpen te bewaren in kluizen (eventueel bij de bank), ze goed te verzekeren en een lijst aan te leggen van spullen die diefstalgevoelig zijn, zoals elektronica en waardevolle voorwerpen. Leg van die lijst ook ergens anders een kopie.

Lees onze brochure over de brandverzekering.

10. Een klacht?

Verzekeringsondernemingen hebben interne diensten waar klanten en slachtoffers terechtkunnen met vragen en klachten (lees er je polis of de site van de verzekeraar op na). Indien dit nog nodig zou blijken, staat ook de Ombudsman van de verzekeringen ter beschikking, die nagaat of verzekeraars hun verplichtingen correct nakomen.

Lees meer over de Ombudsman op www.ombudsman-insurance.be.