Het logo van Assuralia

ANPI: We spelen met vuur ... maar wel met kennis van zaken

Anpi

De veiligheid waarborgen van materialen, tools en installaties in het kader van brand- en diefstalpreventie: dat is de opdracht van ANPI, een vzw met een honderdtal medewerkers die zich inzetten onder leiding van Alain Verhoyen, CEO van de organisatie. Verhoyen licht ons de werkzaamheden van ANPI toe tijdens een gesprek en een geleid bezoek aan de testlokalen en de verrassende laboratoria van de vzw. Een ontmoeting.

De opdracht van de vzw ANPI behelst twee preventiethema’s: brand- en diefstalpreventie “Ons actieplan voorziet erin dat we actief zijn op het gebied van normalisatie, en dus benchmarks opstellen, en daarnaast dat we deze benchmarks bekend helpen maken. Ook online zijn we trouwens steeds actiever om goed advies te verspreiden”, legt Alain Verhoyen uit, die van opleiding ingenieur is. Zijn teams, die zich onder meer op labotests toeleggen, voeren ook inspecties op het terrein uit om de goede naleving van de benchmarks te waarborgen. Aan de hand van de tests kunnen certificeringen worden behaald die garanderen dat het materiaal conform en op de best mogelijke wijze is geïnstalleerd. “Het gaat erom twee situaties te vermijden: goede producten hebben, maar ze niet correct installeren, of uitstekende installaties uitvoeren van slechte producten”, verduidelijkt Alain Verhoyen. Hij voegt eraan toe dat zijn teams op elke fase van het proces toezien, van het testen tot de eigenlijke uitbating van de installaties.

ANPI werd opgericht in  1967, meer bepaald door verzekeraars, na de brand in de Innovation in Brussel. De organisatie werkt onrechtstreeks voor de verzekeraars, in die zin dat haar activiteiten brand- en diefstalrisico’s moeten inperken. “Onze klanten zijn vooral kmo’s, de industrie en beheerders van gebouwen”. 
Wat het profiel van de medewerkers betreft, dat zijn vooral technisch geschoolde mensen, meer bepaald electromechaniekers en steeds vaker chemici, naast burgerlijk en industrieel ingenieurs.

Certificeren om risico’s te reduceren

ANPI zorgt mee voor de input van een volgens Assuralia waardevolle toolbox waarop de leden een beroep kunnen doen om risico’s beter op te vangen, al staat het hun vrij de door de vzw ontwikkelde tools al dan niet te gebruiken. “We noemen bijvoorbeeld de certificeringsschema’s BOSEC, INCERT of ook nog BENOR. Dergelijke certificeringen vormen het speerpunt van ons werk. Ze garanderen namelijk onder meer dat producten conform zijn en correct werden geïnstalleerd. In de praktijk betekent een BOSEC-gecertificeerde installatie een beter beheerd risico. Het niet hebben van een dergelijk label wordt daarom niet met slechte kwaliteit geassocieerd, maar er blijft een onzekerheid bestaan. Ons werk bestaat in een validatie, een vrijwillige certificering die gebaseerd is op officiële elementen, geaccrediteerd door de FOD Economie. Zo kunnen we aantonen dat we niet alleen kwaliteit bieden op procesniveau, maar ook qua skills”, benadrukt de CEO, die vanuit een streven naar voortdurende verbetering trouwens graag een beter zicht zou krijgen op concrete thema’s die de verzekeraars bezighouden.

De organisatie staat weigerachtig tegenover aanvragen als globale initiatieven op het gebied van het IoT (Internet of Things, het internet van verbonden objecten), waarvan het spectrum te breed is. ANPI is eerder voorstander van concrete voorbeelden, zoals het waarborgen van de betrouwbaarheid van transmissies van bewakingscentrales. De vzw treedt op ten behoeve van de verzekeraars, maar ook van de industrie en overheidsdiensten als de FOD Binnenlandse Zaken, of ook nog het VBO en Agoria, om maar een paar namen te noemen. Zoals zijn directeur ook aanhaalt, moet ANPI de enige organisatie in haar domein zijn die het hele forum van de bij brand- en diefstalpreventie betrokken sectoren verenigt. En de inspanningen lonen. “Van de schadegevallen door brand en inbraken waarvan we al sinds vele jaren kennisnemen, heeft er zich geen enkel voorgedaan in ondernemingen met een BOSEC- of INCERT-waarborg. En nu houd ik hout vast om de wet van Murphy niet over me af te roepen”.

Cyberrisico's in het vizier

Vóór nieuwe technologieën hun intrede deden, waren bankbiljetten de belangrijkste waardevolle goederen. ANPI is trouwens ook betrokken bij het proces om elektromechanische beschermingssystemen en hun betrouwbaarheid te waarborgen. “Cyberveerkracht is een bijzonder breed domein met kolossale uitdagingen”, aldus Alain Verhoyen. “Vroeger kon men exploitatieverliezen betreuren door een brand. Vandaag kunnen exploitatieverliezen te wijten zijn aan een willekeurige cyberaanval. Het is een domein dat rechtstreeks aan diefstal raakt, maar ook met brand verband kan houden. Bij bepaalde cyberaanvallen zijn vragen gerezen over de rol van een brand, die aangestoken kan zijn om andere bedoelingen te camoufleren”. 
De vzw speelt een actieve rol in het voorkomen van cyberrisico’s. Ze sloot zich aan bij de sectie Beveiliging van Euralarm, de federatie van de brandveiligheids- en beveiligingsindustrie, en volgt ook nauw de werkzaamheden op van het CCB, het Centre for Cybersecurity Belgium. “De grote zwakte of het belangrijkste aandachtspunt bij cyberveerkracht blijft de mens. Een kleine juxtapositie ter illustratie: je doet bijvoorbeeld wel je deur op slot als je je huis verlaat, maar vergrendelt niet je scherm wanneer je je bureau verlaat, zodat de eerste de beste voorbijganger toegang tot je gegevens heeft”.

… en de grote uitdaging blijft de exponentiële ontwikkeling van nieuwe technologieën

Al wint het cyberrisico terrein, voor ANPI blijft het een bijkomende uitdaging, naast de hoofdthema’s waar de organisatie zich aan wijdt. Nieuwe technologieën brengen daarentegen een echte omwenteling met zich mee. Tien jaar geleden telde het personeelsbestand van ANPI nog geen enkele chemicus. Maar dat was vóór de Europese richtlijnen zich op duurzaamheid gingen toespitsen. Die evolutie leidde tot een herbeoordeling van de chemische stoffen in brandblussers, of het nu gaat om de gebruikte poeders of zware metalen, en tot de vraag hoe doeltreffend die zijn om een brand te blussen. “Zware metalen worden niet langer gebruikt en werden vervangen door andere stoffen. Dat betekent we moeten blijven vooruitgaan. In die optiek hebben we een departement opgezet dat zich uitsluitend aan chemische vraagstukken wijdt. Naast brandblusapparaten bestaan er brandblusmiddelen die ook te vinden zijn in automatische blusinstallaties, schuimblussers, enzovoort. Er staat enorm veel op het spel, want het kan bijvoorbeeld gaan om technologieën ter voorkoming van uitslaande branden in tunnels, zoals die in Antwerpen, met een productie van chemicaliën die zeer grote risico’s voor de regio kan meebrengen. Daarnaast is er alles wat blussen in luchthavens betreft, met bijvoorbeeld de brandrisico’s in vliegtuigen”. Er wordt wat beide luiken betreft steeds consequenter getest en de tests vinden ofwel op de eigen site plaats voor projecten waarbij de installaties gevalideerd worden, ofwel in samenwerking met partners als het opleidings- en expertisecentrum RPA Hainaut Sécurité voor sites met grote vuurhaarden. 
De meeste tests worden door ANPI-medewerkers uitgevoerd. “We spelen elke dag met vuur … maar wel met kennis van zaken”, concludeert Alain Verhoyen.

Alternatieven voor PFAS-houdende producten testen

ANPI test en analyseert niet alleen producten en installaties in verband met brand- en diefstalpreventie, maar ook alternatieven voor producten die PFAS bevatten (per- en polyfluoralkylstoffen stoffen, die Europa nu verboden heeft). PFAS zitten in duizenden synthetische chemische producten die vandaag overal in de samenleving worden gebruikt en zich in het milieu opstapelen omdat ze niet worden afgebroken. Bovendien zouden ze schadelijk zijn voor de gezondheid. De vervanging op grote schaal van deze producten is een belangrijk project waar de vzw werk van maakt. “Wij zijn niet betrokken bij de verschillende ontwikkelingsfases, maar telkens wanneer ons een nieuw product wordt toevertrouwd testen we het grondig om de betrouwbaarheid ervan na te gaan en te controleren of het beantwoordt aan de geldende normen. Zo testen we ook tal alternatieven voor PFAS-houdende producten”, voegt Alain Verhoyen toe, wiens credo die op waakzaamheid berust. Die boodschap herhaalt hij ook bij de verschijning van elk nieuw nummer van het magazine dat ANPI uitgeeft. “Ik benut mijn voorwoorden om lezers eraan te herinneren dat we de aandacht nooit mogen laten verslappen. Volgens enquêtes die peilen naar de thema’s waarnaar de interesse van de verzekeringswereld momenteel uitgaat, bekleden het klimaat, natuurrampen en business continuity de drie podiumplaatsen. Brand komt vandaag maar op de zevende plaats,  terwijl dit thema in de jaren negentig de lijst nog aanvoerde”. Boodschap begrepen.

Blijf op de hoogte

Je ontvangt dan exclusieve artikels die je op de hoogte houden van de actualiteit in de verzekeringsector.

Inschrijven